Toelichting
Noord-Holland heeft na brede consultatie belangrijke waarden en grote ambities geformuleerd in haar Omgevingsvisie. Provinciale Staten hebben daarbij een sturingsfilosofie omarmd volgens het adagium: ‘lokaal wat kan, regionaal wat moet’. De opgave staat altijd centraal en bepaalt of en zo ja met wie en met welke instrumenten we opgaven proberen aan te pakken.
Gedeputeerde Staten beschikken over meerdere instrumenten om ruimtelijke kwaliteit bij nieuwe ontwikkelingen in het landschap te borgen, onder wie de Provinciaal Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit (PARK) en de Adviescommissie Ruimtelijke Ontwikkeling (ARO).
De ARO adviseert op basis van een vraag van een initiatiefnemer (provincie, gemeente of waterschap) over de ruimtelijke kwaliteit van plannen die grote impact hebben op het landschap. Focus van het advies ligt dan ook niet op de ruimtelijke kwaliteit van de afzonderlijke plannen, maar vooral op hoe deze bijdragen aan de kwaliteit van het landschap. De ARO komt hiervoor gemiddeld negen keer per jaar bijeen en geeft tussen de 15 en 30 adviezen per jaar. Over de plannen die zijn besproken, de adviezen die hierover zijn uitgebracht en de trends die worden gesignaleerd, wordt ieder jaar een jaarverslag gemaakt in de vorm van een online magazine .
De Provinciaal Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit (PARK) is een onafhankelijk expert op het gebied van ruimtelijke ordening die GS adviseert bij veranderingen en ontwikkelingen op regionaal niveau. Door zijn onafhankelijke positie heeft de PARK een belangrijke rol binnen het debat over de inrichting van de fysieke ruimte in Noord-Holland. De adviezen van de PARK zijn zoveel mogelijk integraal, gebiedsgericht, agenderend en innovatief. De huidige PARK is door GS aangesteld tot en met 31 december 2021.